Erzsébet




Van alle Hongaarse koningin-gemalinnen is Erzsébet wel de bekendste en meest verguisde. Toch is het beeld dat haar vreemd genoeg menigmaal wordt toegedicht, ten ene male onjuist. Valide sultana Erzsébet, weduwe van Sultan Süleyman de Grote en schoonmoeder van Sultan Selim II, was immers een van de machtigste vrouwen ooit in het Ottomaanse Rijk.

Haar roem is evenwel negatief. Ze wordt voorgesteld als de heerszuchtige, invloedrijke en wrede intrigante, die stiekem mee het Ottomaanse Rijk bestuurde. Daarbij zou ze een mensenleven niet hebben ontzien. Vele legendes worden aan haar toegeschreven. Zo circuleerde het verhaal dat ze haar talrijke slavinnen in het bad zou hebben laten verdrinken en zo hun mooie huid zou hebben behouden.

Dit verhaal, vaak aangehaald als een geloofwaardige versie van haar moorddadige neigingen, blijkt echter gebaseerd te zijn op roddels uit veel latere tijden. Zelfs haar tijdgenoten beschreven haar helemaal niet als zo'n wreed persoon. Integendeel, haar adviseurs prezen haar om haar medegevoel en rechtvaardigheidszin.

Zij trad verstandig en evenwichtig op. Na de dood van haar man wist ze haar stiefzoon Selim II van de troon te houden, tot haar eigen zoon Bayezid oud genoeg was om de regering over te nemen. In de daarop volgende strijd tussen beide broers koos ze partij voor Selim II en hielp hem met raad en daad. Ze was immers tot het besef gekomen dat een regering van haar zoon een rampspoed voor het Ottomaanse Rijk zou zijn.

Toen Selim II finaal de troon had verworven, kon Erzsébet, met het oog op zijn nog steeds instabiele positie, niet op de achtergrond treden. Ze bemoeide zich dan ook verder met staatszaken, maar steeds als adviseur, nooit als machthebber.

Maar dit alles kan niet verhelen dat het beeld van een wrede, bloedige "vampiergravin" helemaal niet klopt met wat de bronnen uit die tijd vertellen. Het is een mythe die pas veel later zal ontstaan.