Even Tot Hier




"Zullen we nog even een rondje doen?", vraagt hij. Zijn ogen fonkelen en ik zie de twinkeling in zijn blik, die ik al zo lang ken. Ik glimlach en zeg: "Natuurlijk, lieverd."
Het is alweer bijna 25 jaar geleden dat we elkaar voor het eerst ontmoetten. Ik was een jonge, naïeve meid van 19, vol dromen en verwachtingen. Hij was een charmante, zelfverzekerde man van 28, met een scherpe tong en een ondeugende lach. We vielen als een blok voor elkaar en niet lang daarna gingen we samenwonen.
De jaren vlogen voorbij, gevuld met gelukkige momenten, uitdagingen en eindeloze liefdesbetuigingen. We bouwden een prachtig huis, kregen twee geweldige kinderen en creëerden samen een leven waar we alleen maar van hadden kunnen dromen.
Maar ergens onderweg verliezen we elkaar een beetje. Onze gesprekken worden oppervlakkiger, onze aanrakingen minder intiem. We raken verstrikt in de dagelijkse beslommeringen en vergeten de echte verbinding die ons ooit zo sterk bond.
Ik voel het als eerste, een knagend gevoel van gemis. Ik weet dat ik niet de enige ben die het voelt, maar we durven er niet over te praten. We willen niet de idylle die we hebben opgebouwd, verstoren.
Tot die ene avond, toen hij me vroeg of we nog even een rondje wilden doen. Het was alsof hij mijn gedachten kon lezen. We stapten samen in de auto en reden zwijgend naar een afgelegen parkeerplaats.
Terwijl we daar zaten, in de stilte van de nacht, keken we elkaar recht in de ogen. En ineens, als bij een goddelijk ingrijpen, stroomden de woorden als een waterval uit onze monden.
We spraken over onze gevoelens, onze verlangens en onze angsten. We schreven elkaar geen schuld toe, maar namen samen de verantwoordelijkheid voor het feit dat we elkaar uit het oog waren verloren. En toen gebeurde er iets wonderlijks.
We pakten elkaars hand vast en samen brachten we ons hart en onze ziel in die ene aanraking. Het was alsof we elkaar opnieuw vonden, dieper en intenser dan ooit tevoren.
Sinds die avond zijn we weer een echt gezin. We hebben geleerd om open en eerlijk te communiceren, om tijd voor elkaar te maken en om de kleine dingen in het leven te koesteren.
Nu, bijna 25 jaar later, zitten we nog steeds hand in hand, genietend van een zonsondergang op het strand. Ik kijk naar de man naast me en ik zie de liefde in zijn ogen, sterker dan ooit. Ik weet dat we samen alles aankunnen, zolang we maar "even tot hier" blijven gaan.

Want dat is wat de liefde is: een eeuwige reis die je samen aflegt. Je kunt onderweg verdwalen, omwegen nemen of zelfs struikelen, maar zolang je elkaar maar de hand blijft vasthouden, kom je samen op de plek van bestemming aan. En die bestemming is eeuwigdurende liefde en geluk.