Koppenberg: De mythe en de magie
De Koppenberg, een icoon in de Vlaamse wielersport. Een mythische kasseistrook die al menig wielrenner op de knieën heeft gebracht. Maar wat maakt de Koppenberg zo speciaal?
Allereerst zijn daar de kasseien. Ze zijn onbarmhartig, ongelijk en liggen er soms zo losjes bij dat het lijkt alsof ze elk moment onder je banden vandaan kunnen schieten. Hier komt geen mens nog fatsoenlijk omhoog, denk je dan. Maar als je je eenmaal vastbijt en je tanden op elkaar zet, kun je het onmogelijke.
De steilte is al even indrukwekkend. Over een lengte van 600 meter klimt de weg met een gemiddeld stijgingspercentage van 11,6%. Dat lijkt misschien niet zo veel, maar vergeet niet dat dit kasseien zijn. Elk procentje extra is hier een marteling.
Maar het is niet alleen de fysieke uitdaging die de Koppenberg zo gevreesd maakt. Het is ook de mentale druk. Als je halverwege de kasseistrook staat, uitgeput en met krampen in je benen, dan zie je boven je nog een lange rij geplaveide meters. Dat beeld dringt zich in je hersenen en het is moeilijk om dan niet op te geven.
Toch is er ook iets magisch aan de Koppenberg. Iets dat je doet terugkomen, jaar na jaar. Misschien is het de uitdaging. Misschien is het de sfeer. Of misschien is het gewoon de liefde voor de sport.
Want als je eenmaal de top van de Koppenberg hebt bereikt, voel je je onoverwinnelijk. Je hebt iets gedaan wat maar weinig mensen kunnen. Je hebt de mythe overwonnen. En dat gevoel is onbetaalbaar.
De Koppenberg is een plek waar dromen worden verwezenlijkt. Een plek waar je grenzen verlegt. Een plek waar je de magie van de wielersport ervaart.