Martijn N, de voormalige directeur van modeplatform Moam, staat terecht voor tien zedenfeiten en een poging tot zware mishandeling. Het Openbaar Ministerie (OM) verdenkt hem van zes verkrachtingen, twee pogingen tot verkrachting en ontucht met twee minderjarige jongens van 15 jaar.
Het OM acht de feiten bewezen op basis van verklaringen van de slachtoffers, getuigenverklaringen en digitale berichten. N heeft de beschuldigingen ontkend, maar wel toegegeven dat hij dominant kan zijn in bed.
De rechtszaak tegen N begon donderdag in Amsterdam. De zaak heeft veel aandacht getrokken, omdat N een bekende naam is in de modewereld. Hij richtte in 2010 Moam op, dat een platform biedt aan jonge modeontwerpers.
De zaak tegen N is een voorbeeld van de #MeToo-beweging, waarin slachtoffers van seksueel geweld hun ervaringen delen. De beweging heeft geleid tot een toename van het aantal aangiftes van seksueel geweld en tot meer bewustwording over het onderwerp.
Het is belangrijk om te benadrukken dat N nog niet is veroordeeld en dat hij onschuldig is totdat het tegendeel is bewezen. De rechtszaak is nog gaande en het is afwachten wat de uitkomst zal zijn.
De zaak tegen N is een trieste zaak, vooral voor de slachtoffers. Het is belangrijk om te onthouden dat seksueel geweld nooit de schuld van het slachtoffer is en dat er hulp beschikbaar is voor slachtoffers van seksueel geweld.