Stille Nacht




In de donkerste dagen van het jaar, wanneer de zon laag aan de horizon staat en de nachten korter worden, is er een lied dat klinkt als een warme omhelzing: Stille Nacht.

Het lied is in 1818 geschreven door de Oostenrijkse priester Joseph Mohr, die de tekst schreef om de hoop te uiten van zijn kleine parochie in Oberndorf bei Salzburg. De muziek werd gecomponeerd door de onderwijzer Franz Xaver Gruber, die de melodie op het kerkhof van zijn dorp componeerde.

Het lied werd voor het eerst uitgevoerd tijdens de kerstnachtmis van 1818 in de kleine kerk van Oberndorf, en het werd meteen een klassieker. Sindsdien is het over de hele wereld vertaald en uitgevoerd, en het is een van de meest geliefde kerstliederen geworden.

De tekst van Stille Nacht is eenvoudig maar krachtig, en spreekt over de vrede en vreugde van de geboorte van Jezus. Het lied begint met de woorden Stille Nacht, heilige Nacht, die de stilte en rust van de nacht oproepen. De volgende regels beschrijven de heilige familie in de stal, met Maria en Jozef die over hun pasgeboren zoon waken.

In het tweede couplet wordt gezongen over de engelen die de geboorte van Jezus aankondigen aan de herders, en het lied eindigt met een gebed om vrede op aarde.

Stille Nacht is een lied dat hoop en vreugde brengt in de donkere dagen van het jaar. Het is een lied dat ons herinnert aan de geboorte van Jezus, en dat ons eraan herinnert dat we nooit alleen zijn, zelfs niet in de moeilijkste tijden.

  • Het lied is vertaald in meer dan 300 talen en wordt over de hele wereld gezongen.
  • De oorspronkelijke gitaar die voor het lied werd gebruikt, is nog steeds te zien in het Stille Nacht Museum in Oberndorf bei Salzburg.
  • In 2011 werd Stille Nacht door UNESCO erkend als immaterieel cultureel erfgoed.